Publicaties

Onlangs ben ik door Stichting Downsyndroom geinterviewd over de uitkomsten van het onderzoek naar de zelfstandigheidsbevordering van jonge mensen met verstandelijke beperkingen. In dit interview pleit ik voor het recht op een vervolgopleiding voor deze jongeren en voor betere ondersteuning van ouders, broers en zussen.

What is needed for those young people in a vulnerable position, to bring about a better perspective on work?
Dit was de centrale vraag die ik vanuit het Europese Programma Erasmus+ meekreeg voor mijn lezing tijdens het contactseminar dit najaar rondom het thema 'Guidance to the labour market'. Gesproken over wat de positie van deze jongeren kwetsbaar maakt, en 'wat werkt': hoe het perspectief op werk verbeterd kan worden. Mooie interactie, veel energie in de zaal!
Eind februari heeft Huub Poels als directeur afscheid genomen van de Rijzert, school voor praktijkonderwijs in Den Bosch. Ter ere van zijn afscheid heb ik Huub uitgebreid mogen interviewen over zijn kijk op het praktijkonderwijs en de passies, talenten en beperkingen van de leerlingen. Een openhartig verhaal van een bevlogen man. Over zijn verwondering, de puurheid van deze jongeren, hoe ze niet moeilijk maar anders leren, de tweedeling in de maatschappij, zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en de kansen voor het pro om het verschil te maken.

Position Paper op verzoek van het Ministerie van SZ&W geschreven als input voor de EU Peer Review inzake de sociale inclusie van jonge mensen met beperkingen in Kroatie in het najaar van 2018. In deze paper beschrijf ik verschillende aspecten van het Nederlands beleid in de afgelopen jaren, en maak ik een vergelijking met het Kroatisch beleid. Vervolgens bespreek ik (de visie op) de werkzame bestanddelen van aanpakken in beide landen, alsmede de 'transferability' daarvan.

Nederland telt meer dan 138.000 23- tot 27 jarigen zonder werk of opleiding. Veel van deze 23-plussers hebben onvoldoende perspectief op verbetering van hun situatie.
Het gaat om een groep jongvolwassenen die hard getroffen is door de crisis: naast het verlies aan arbeidsplaatsen is ook het aantal BBL-plaatsen fors afgenomen. De BOL is, vanwege hun inkomensbehoefte, voor veel 23-plussers geen reëel alternatief. Daarbij zijn de meeste BOL-opleidingen ook niet ingericht op deze 23-plussers.
Herstel en vernieuwing van de BBL en het vergroten van de toegankelijkheid van de BOL zullen het perspectief van de 23-plussers met lichtere problematiek doen verbeteren. De 23-plussers met meer hardnekkige en complexe problematiek zijn meer geholpen met alternatieve opleidingsroutes; korte opleidingsmodulen met certificering. Verder moet de begeleiding van deze jongvolwassenen anders en beter: persoonlijker, intensiever en met meer continuïteit.

Jaarlijks is er een groot aantal jongeren dat er niet in slaagt vanuit school werk te vinden of te behouden. Het betreft leerlingen uit het pro, vso en entreeopleiding, maar ook jongeren uit het mbo op de hogere niveaus. Zij zijn tijdens hun opleiding aangewezen op extra ondersteuning en hebben die hulp ook nodig in de overgang naar werk. Met verschillende succesvolle praktijken is gesproken over deze problematiek én de oplossingen. In deze goede voorbeelden tekent zich een wezenlijk andere, meer op de jongere gerichte benadering af, waarin de loopbaan van de jongere centraal staat. De andere benadering is uitgewerkt in het rapport 'Van school naar werk'.

De laatste jaren is een aanzienlijk deel van de leerlingen uit het praktijkonderwijs een mbo-opleiding gaan volgen. Dit onderzoek onder ruim 820 praktijkonderwijs leerlingen wijst uit dat de leerlingen die een mbo-opleiding zijn gaan volgen beduidend minder succesvol zijn op de arbeidsmarkt dan de leerlingen die direct aan het werk gegaan zijn. Niet alleen hebben zij minder vaak betaald werk, ook hebben zij vaker een kleine baan. Het is niet dat praktijkonderwijs leerlingen massaal op het mbo uitvallen. Uit dit onderzoek komt naar voren dat ze op het mbo juist succesvoller zijn dan menigeen denkt. Dat blijkt echter geen garantie voor succes op de arbeidsmarkt.

Een aanpak om de arbeidsparticipatie van jongeren met een beperking te bevorderen, heeft alleen kans van slagen als deze is gestoeld op kennis. Informatie over de doelgroep, de mogelijke struikelblokken en oplossingen, biedt beleidsmakers bewustwording én handelingsperspectief.

Hoe kun je als gemeente samen met partijen in de regio voor deze jongeren en werkgevers echt het verschil maken? In deze paper staan op hoofdlijnen de uitkomsten beschreven van het onderzoek in opdracht van gemeenten in het Rijk van Nijmegen. Onderbouwing en verdieping is te vinden in het gelijknamige onderzoeksrapport.

Hoe lukt het om jongeren met een beperking vanuit school aan werk te helpen en wat kan ieders rol daarin zijn? 15 praktijkvoorbeelden maken dit inzichtelijk.

In 2015 zal Nederland het VN Verdrag inzake de rechten van personen met beperkingen ratificeren. Dat vraagt veel van gemeenten. In de ‘Dag van Jules’ wordt een dag uit het leven van de 18-jarige Jules beschreven: de activiteiten die hij onderneemt, de impact van zijn beperking op het uitvoeren van deze activiteiten en wat op grond van het VN Verdrag van gemeenten verwacht mag worden om dit voor Jules mogelijk te maken.

Veel pro en vso jongeren zijn prima in staat om eenvoudig werk te verrichten in een reguliere bedrijf. Toch zijn veel van deze jongeren niet aan het werk. Opvallend is dat een groot deel van hen ervoor kiest om een mbo-opleiding te volgen. Maar biedt deze weg ook de grootste kans op duurzame arbeid? Nodig is dat we in plaats van aansturen op een startkwalificatie aansturen op werk. Want het gaat uiteindelijk om arbeidsparticipatie en het vinden van een identiteit daarin.

Gemeenten worden in belangrijke mate verantwoordelijk voor de ondersteuning van jongeren met beperkingen en hebben de nodige ruimte om daar zelf invulling aan te geven. Het is echter niet eenvoudig om tot heldere doelstellingen en een samenhangende en krachtige aanpak te komen. Deze checklist omvat een elftal vragen die raadsleden kunnen helpen om scherp te krijgen wat zij willen weten over deze jongeren om hun raadstaak goed te kunnen vervullen.

Welke attitudes van jongeren, ouders, werkgevers, collega's en professionals werken bevorderend om jongeren met een beperking maximaal te laten participeren? Succesvolle praktijken zijn onderzocht. Het resultaat: een set aan attitudes die het verschil kan maken.

Op welke wijze kan de focus op werk (of doorleren) onder potentiële Wajongers, ouders en onderwijspersoneel gestimuleerd worden? Een verkennend onderzoek op een achttal pro en vso scholen.
Interessante publicaties van anderen
Berenschot onderzocht vanuit werkgeversperspectief de kosten en baten van het werken met mensen met arbeidsbeperkingen. Nieuw is vooral het inzicht in de indirecte kosten. Het gaat dan vooral om de kosten voor aansturing en coordinatie. Deze bedragen gemiddeld 2.000 euro per mederwerker per jaar, afhankelijk van het niveau van de werkzaamheden. Wanneer er veel interactie is met collega's op andere niveaus of met klanten, bedragen deze kosten gemiddeld zelfs 4.000 euro per jaar. Het gaat bij deze indirectie kosten niet alleen om de extra tijd die leidinggevenden structureel kwijt zijn voor de begeleiding. Het werken met mensen met een lagere loonwaarde, betekent ook dat het werk door meer mensen gedaan moet worden. Dit brengt extra coordinatie met zich mee. Maar mogelijk ook kosten voor extra werkkleding e.d. Deze indirecte kosten worden veelal niet of slechts gedeeltelijk vanuit de overheid vergoed.
Wilt u als werkgever mensen met een arbeidsbeperking (meer) kansen bieden? De samenwerkende werkgeversorganisaties maakten voor u een brochure met een duidelijk stappenplan.
Het vso is volop in ontwikkeling. Passend onderwijs, de Wet Kwaliteit vso en het Toezichtkader vso vragen de komende jaren veel van speciaal onderwijs scholen. Maar waar staat de sector nu? En welke ontwikkelingen zijn de afgelopen jaren zichtbaar? VSO in beeld geeft een overzicht van de stand van zaken. Nuttige data en overzichtelijk gepresenteerd. Ook nuttig voor gemeenten om wat meer beeld te krijgen bij het VSO.
Een stevig kwantitatief onderzoek dat belangrijke aanknopingspunten voor beleid biedt. Dit onderzoek maakt opnieuw duidelijk hoe groot de invloed van de omgeving is. Zo wijst dit onderzoek uit dat het feit of ouders wel of niet werken de belangrijkste voorspeller voor werk vinden is.
De IHW-methode is een methode voor analyse en herontwerp van werkprocessen waarmee werk anders georganiseerd en verdeeld kan worden, zodat er taken ontstaan die uitgevoerd kunnen worden door mensen met beperkingen. Besproken worden eerste positieve ervaringen in een reguliere zorgorganisatie.
Steeds meer jongeren met een beperking kiezen op hun weg naar werk voor een mbo-opleiding. Het onderzoek laat zien dat velen het moeilijk hebben in het mbo en daarna moeite hebben betaald werk te vinden. Maar er zijn ook positieve signalen, die aanleiding geven om de ondersteuning beter en soms anders aan te pakken.
In dit onderzoek is gekeken wat scholing, begeleiding en hulpverlening rondom jongeren met een LVB bijdragen aan de arbeidstoeleiding van deze jongeren, en wat een meer transdisicplinaire aanpak kan opleveren.